zaterdag 9 mei 2015

Kant en klaar maaltijden, iiiieuw

De industrie van kant-en-klaarmaaltijden belooft al decennialang drie zaken: je hebt er helemaal geen werk aan, het zijn authentieke gerechten en ze zijn bereid door een professionele chef. Maar hoe komt het dan dat geen enkele hapklare maaltijd écht als een huis bereid gerecht smaakt?

We hebben nooit eerder in de geschiedenis van de werkende mens een kleiner deel van ons loon aan voedsel uitgegeven. Thuis koken is niet duurder, maar het kost wel tijd en we hebben het allemaal zo druk druk druk. Kant-en-klaar is goedkoper dan vers. Voor minder geld krijg je meer:  meer calorieën, meer additieven, meer verpakking. Maar ook minder kwaliteit. 

De meest weerzinwekkende geur die me ooit te beurt viel, was in een fabriek van kant-en-klaarmaaltijden, waar de lucht verzadigd was van een misselijkmakende zoete lucht van tomatensaus en kleverige béchamelsaus en een geur die me deed denken aan uitgebraakte babymelk.
Kant-en-klaarmaaltijden ruiken en smaken monotoon. Het is dan ook de bedoeling dat de consument telkens hij  pakweg een lasagne uit het koelvak van de supermarkt haalt dezelfde smaakervaring krijgt als de vorige keer. Maar huisbereide maaltijden smaken elke keer je ze klaarmaakt een tikkeltje anders. Ze variëren in smaak naargelang je het vlees bij de slager dan wel in de supermarkt hebt gekocht, afhankelijk van welke soort tomatenpasata je gebruikt, afhankelijk zelfs van het seizoen of je stemming. Maar variatie hoort niet thuis in het woordenboek van de voedingsindustrie. Het product moet er altijd hetzelfde uitzien en hetzelfde smaken, 365 dagen per jaar. Om die reden bereiden voedingsfabrikanten weinig of geen rauwe ingrediënten. Ze kopen die voor-bereid bij bedrijven die producten 'koken' en er tal van additieven aan toevoegen. Altijd dezelfde kwaliteit, dezelfde prijs, dezelfde smaak. 

Daarbij hoeft geen enkel ingrediënt vers te zijn, liever niet zelfs. Indien  de voedselfabrikant zijn ingrediënten diepgevroren kan kopen, dan zal hij dat doen. Vlees, vis, groenten, fruit en zelfs kruiden die diepgevroren in de voedselfabriek aankomen, zijn al maanden, soms zelfs jaren oud. Eieren komen de voedselfabriek in vele vormen binnen: poeders, vloeistoffen, geconcentreerd, gedroogd, gekristalliseerd, bevroren of gestold. Of in cilinders, zodat elk schijfje ei op je broodje identiek is.

Boter? Waarom zou de grootleverancier van supermarkten zo'n duur ingrediënt gebruiken als hij een boterextract ter beschikking heeft dat volgens het bedrijf dat het aanbiedt 'die karakteristieke botersmaak verleent aan je croissants, snoep, ijs, ontbijtgranen, popcorn en dressing'?. Of de voedingsfabrikant kan boterpoeder gebruiken, een mengsel van boter, zetmeel en melkproteïnen. Idem met room. Met water, smaak- en bewaarstoffen geïnjecteerd gevogelte, gestold ei, marinades met bevroren kruiden: samen verklaren ze waarom kant-en-klaarmaaltijden van verschillende supermarkten toch haast hetzelfde smaken. 

De verschillende supermarktketens doen hun aankopen bij dezelfde anonieme voedsel- fabrikanten, die op hun beurt dezelfde leveranciers van ingrediënten delen. Het hoeft niet te verbazen dat die voedingsfabrikanten geen pottenkijkers dulden. Hoe minder de consument weet over hoe zijn voeding wordt gemaakt, hoe beter. Hoewel de fabrieken achter hun slagbomen en geüniformeerde veiligheidsagenten meer lijken op autofabrieken of olieraffinaderijen, wil de voedingsindustrie ons doen geloven dat ze slechts een uitvergrote versie zijn van onze keukens thuis. Het equivalent van een sauspan is in de voedselfabriek een stoomvat waarbij je een ladder nodig hebt om er in te kijken. Het lawaai is er oorverdovend, het is er heet of net extreem koud, en het stinkt er.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten