donderdag 28 mei 2015

Baking Soda, de grootste concurrent van de farmaceutische industrie

Niemand zal bijna kunnen geloven, dat iets wat zó goedkoop en simpel is, zoals Baking Soda dat in feite is, in staat is om de effectiviteit van de meest kostbare farmaceutisch-chemische medicijnen niet alleen te evenaren, maar ver achter zich te laten.. En als je het niet gelooft, laat dit artikel dan je gids zijn in dezen. Het is als volkswijsheid bekend, dat Baking Soda of zuiveringszout in staat is een algemene verkoudheid effectief te bestrijden, náást het bijdragen in de bestrijding van allerlei andere kwalen en kwaaltjes..


Maar waarom is alle informatie rondom dit product min of meer in de doofpot aan het belanden..?  Een van de auteurs van de vele artikelen over zuiveringszout, kwam een aantal mensen tegen, die hem bezworen, dat het spul had geholpen om hun kanker te overwinnen, waarna hij op deze hints ging zoeken. Hij kwam daarbij de volgende informatie tegen:

“Wanneer je zuiveringszout (baking soda) oraal inneemt, met water met een hoog magnesiumniveau, én wanneer je het transdermaal (via de huid dus) laat inwerken in een medicinaal bad, dan wordt het een eerste klas medicinale behandeling van kanker, nierziekte, diabetes, griep en simpele verkoudheden. En niet in de laatste plaats, vormt het een belangrijke buffer voor blootstelling aan straling, waarbij je niets anders kunt concluderen, dat baking soda door iéderéén gebruikt zou moeten worden”…

Eén van de mensen die absoluut overtuigd is van de werking, de hoog-potentiële werking van baking soda of zuiveringszout, is Mark Sircus (AC., OMD). De informatie die je in zijn boek ‘Sodium Carbonate, rich men’s poor men’s cancer treatment’, vindt, vormt voor mensen met een ‘open mind’, een onbevooroordeelde geest, simpelweg heel belangrijke informatie. Het kan voor anderen weer té ver van hun bed zijn, maar het zuiveringszout is niet de énige simpele en natuurlijke remedie tegen heftige aandoeningen, waar de medische wereld niet over wil praten(eerder in de doofpot wil stoppen!)

Er zijn 1000 redenen om baking soda te gebruiken, aldus Mark Sircus, maar volgens hem is de belangrijkste constatering dat sodium bicarbonate een natuurlijk middel is, dat nog onszelf, noch onze kinderen en het milieu nadelig beïnvloedt, doordat het geen chemische middel is, dat de natuur schaadt in een of andere negatieve manier. Zuiveringszout wordt overal in de natuur gevonden, in zeeën en in de aarde, in ons natuurlijk voedsel en in onze lichamen.
Feitelijk is de belangrijkste functie van het zout de neutraliserende eigenschap ervan, waardoor het buitengewoon effectief als medicijn is, in deze tijden van vervuiling en ‘vergiftiging’. Dat is ook preciés de reden dat zuiveringszout, ‘Baking Soda’ of Sodium bicarbonate wereldwijd voor vele doelen wordt gebruikt, sinds tientallen jaren. Maar de kennis rondom zuiveringszout lijkt steeds meer vergeten te worden. Vooral, zo blijkt volgens Sircus vaak, omdat mensen niet (meer) kúnnen geloven dat het simpele goedje zo effectief werkt..

Zuiveringszout wordt routinematig al door velen gebruikt bij het voorkomen van een té hoge invloed van het gif van bijvoorbeeld chemotherapie en straling op mensen. De invloed van deze negatieve zaken op de nieren bijvoorbeeld is verwoestend. Een manier om dit te voorkomen, is het innemen van zuiveringszout volgens de aanbevolen hoeveelheden. In relatie tot Bicarbonaat, blijkt feitelijk dat miljoenen mensen wereldwijd, óf deze stof consumeren via de bicarbonaat-ionen in het drinkwater, óf ze zijn ermee behandeld in medische centra, ziekenhuizen en/of EHBO-afdelingen. Het komt erop neer dat ‘baking soda’ dagelijks de levens van veel mensen redt.
Levensbedreigende astma kan bij kinderen bijvoorbeeld resistent zijn voor behandeling met broncho-dilatoren en systemische corticosteroïden. Maar recent onderzoek toont aan dat toediening van zuiveringszout intraveneus (IV) significant kan bijdragen tot een goede PH-balans en PCO2-waarde in het lichaam van kinderen met een levensbedreigende astma. 

n aan de ‘University of Arizona’ is men bezig met onderzoek naar het gebruik van zuiveringszout bij de behandeling van kanker. Robert J. Gillies en zijn collega’s hebben bewezen dat een voorbehandeling van tumoren bij muizen, door middel van sodium-carbonaat, resulteert in een mindere verzuring in het gebied rondom de tumoren.  (Raghunand 2003) Het blijkt volgens de onderzoekers, dat een dergelijke behandeling bijdraagt aan het ‘anti-tumorgedrag van het lichaam’.En dit jaar zijn dezelfde onderzoekers tot de conclusie gekomen dat zuiveringszout de PH-waarde van de tumor zélf verbetert (meer alkalisch) en daarbij ook nog eens spontane metastases voorkomt..! 
Metastases zijn uitzaaiingen van het tumorweefsel. (Robey 2009). Zij toonden specifiek aan dat het oraal innemen van sodium bicarbonaat/zuiveringszout/baking soda de ph-waarde van tumoren verbetert en daarbij de formatie van uitzaaiingen voorkomt, bij muizen die met borstkankercellen waren geïnduceerd. Daarbij werd ook nog eens een aanmerkelijke vermindering van de aantasting van lymfklieren geconstateerd..!

Tot groot ongenoegen van veel voedseldeskundigen en orthomoleculair experts, is de laatste tientallen jaren een heftige toename waar te nemen van de ongezonde zuurtegraad (pH-waarde) van het menselijk lichaam. En zoals je weet, is een pH-waarde die uit balans is, de oorzaak van het verstoren van de cel-activiteiten en -functies tot extreme niveaus, wanneer de neutrale pH-waarde verder zakt.
Excessieve zuurtegraad leidt onherroepelijk tot cellulaire afbraak, die op haar beurt weer zorgt voor serieuze gezondheidsproblemen, zoals kanker, diabetes, vaat- en hartafwijkingen, botontkalking en een brandend gevoel in de borst. Het blijkt dat biologisch leven het best tot zijn optimale werking komt, wanneer het in een niet-zure omgeving (Basisch), waarbij opnieuw duidelijk wordt, wat voor een belangrijke rol Baking Soda/Zuiveringszout hierin kan spelen.Keer op keer blijkt dat ‘Baking Soda’ één van de meest nuttige middelen is op de planeet, waarbij het ook duidelijk wordt, dat farmaceutische bedrijven wereldwijd niet willen, dat mensen en vooral medische personeel hiervan op de hoogte raakt. Maar alle simpele mensen zijn op zoek naar alternatieve behandelingen voor kanker, nierziekten en andere aandoeningen, waarbij zuiveringszout voor hen een belangrijk medicijn in deze situatie kan zijn. Maar pas op voor verontreinigde ‘Baking Soda'; vanzelfsprekend dat je biologisch zuiveringszout dient te gebruiken, waar dus GEEN aluminium in aanwezig is..!

Baking soda (sodium bicarbonate) doet zijn naam en faam als ‘eerste hulpmiddel’ voortdurend eer aan. Het is het ultieme werkpaarden-medicijn waarvan feitelijk ELKE ouder en/of gezondheidsprofessional op de hoogte zou moeten zijn. En… routinematig zou moeten (LEREN) gebruiken.Wanneer het dan ook nog eens gebruikt wordt, met andere natuurlijk middelen, zoals magnesium-chloride en iodine, heeft iedereen een ‘triniteit van medicinale superhelden’ bij de hand, die borg staan voor de uitvoering van ‘medische wonderen’ in één enkele handeling..
En feitelijk hebben we het over een ‘serieus medicijn’, als we spreken over sodium bicarbonate. Het blijkt ook dat zuiveringszout uiterst voordelig werkt bij hartmassage. Het vroegere en meer frequente gebruik van sodium bicarbonate wordt in verband gebracht met hogere overlevingskansen en met betere lange-termijn uitkomsten op het neurologische vlak, tijdens noodgevallen. En dat is vanzelfsprekend, als je bedenkt dat bicarbonaat aanwezig is in bijna alle lichaamsvloeistoffen en -organen en daarbij een belangrijke rol speelt in het handhaven van de zuurtegraad..!

Een tekort..!?
Dat betekent ook dat een TEKORT aan bicarbonaat in het lichaam, één van de meest ondergewaardeerde medische diagnoses is, op deze planeet, hoewel het wellicht één van de meest voorkomende is..!  Naarmate een persoon dus een hogere zuurtegraad heeft, of een relatief tekórt aan bicarbonaat-ionen, dan zal dit zijn tol eisen op de gehele menselijk fysiologie. ELKE biochemische reactie is gevoelig voor pH-waarde (zuurtegraad) van het lichaam, waarbij met name de enzymen in ons lichaam hier extra gevoelig voor blijken..! En ons voedingspatroon speelt ook hier weer een essentiële rol, om de goede zuurtegraad in ons lichaam te behouden. Het meeste welvaartsvoedsel geeft aanleiding tot verzuring van het lichaam, of in andere woorden, tot ‘ongezonde waarden van de pH-graad in het lichaam’.


Sodium bicarbonaat is daarmee een door de tijd gelouterde methode om het bicarbonaat-niveau van het lichaam terug te brengen naar normaal niveau. Het is anorganisch, erg alkalisch en ondersteunt, evenals veel andere minerale stoffen, een enorme lijst van biologische functies van het menselijke lichaam. Sodium bicarbonaat is dus een fysiologische basis voor lichamelijk welzijn. Sodium bicarbonate (Baking Soda) is waarschijnlijk een van de meest nuttige stoffen ter wereld. Het is dan ook niet verwonderlijk dat farmaceutische bedrijven willen dat kennis van zuiveringszout, uitermate beperkt blijft; dat het middel wordt afgeschilderd als ‘kwakzalverij’ en ‘volkswijsheid’… Baking Soda, zuiveringszout of Sodium Bicarbonaat, hoe je het ook wilt noemen, is een BELANGRIJK MEDICIJN, van het veiligste soort, en blijkt ESSENTIEEL bij de behandeling van kanker, nierziekten en andere aandoeningen.

Ga zelf op zoek op het internet naar de mega-toepassingen van Baking Soda, in en om je huis, voor je welzijn en letterlijk ‘de balans van je lichaam’..!

donderdag 21 mei 2015

is ADHD echt een ziekte?

Denken jullie echt dat ADHD een ziekte is? En dat die behandeld moet worden met een aan cocaīne verwant geneesmiddel??

Waarom kunnen we niet eenvoudigweg vertrouwen op een geneesmiddel? Winsten – tegen welke kosten? De wereld zal gewoon moeten veranderen. En snel!


En dat zal lukken. Oneerlijkheid in de medische wereld dient met wortel en al te worden uitgeroeid. Niemand, niet de gezonden van lijf en leden, niet de artsen en niet de zieken, wil slaaf zijn van een geldmachine. Hoe geld te verdienen?Je zult zien hoe ver sommige mensen bereid zijn te gaan om geld te verdienen. Om schatrijk te worden, moet je iets maken dat je kan verkopen:

1. tientallen jaren lang,

2. op een dagelijkse basis,

3. met een flinke winstmarge,

4. aan een gigantische groep mensen.

Laten we eens kijken welk product aan alle vier die voorwaarden voldoet.
Ten eerste:
Om klanten tientallen jaren iets te kunnen verkopen, heb je ook jonge klanten nodig. We willen dus een product dat we ook aan kinderen kunnen verkopen en niet alleen aan bejaarden.
Ten tweede:
Maar wat kun je iemand nu elke dag geven? Dit is een leven vol stress, dus doen kalmeringsmiddelen en antidepressiva het heel leuk, want die kunnen ook op dagelijkse basis ingenomen worden, vooral als de klant eraan verslaafd raakt.
Ten derde:
En dat laatste is helemaal een goed idee, want het valt meteen onder de volgende voorwaarde – die van een fikse winstmarge. De fabricagekosten van antidepressiva zijn laag, dus de winst is hoger dan bij andere geneesmiddelen. Denk maar even aan Xanax en Prozac.

Nu nog een laatste vlekje wegwerken:
Ten vierde:
Hoe krijgen we een heleboel klanten? Wat we nodig hebben is een brede vraag, volgend op een breed probleem. Iets waar veel mensen mee te maken hebben. Zoals honger en dorst.

Hoera, we hebben het gevonden! Laten we hyperactiviteit(ADHD) noemen ...

Kinderen maken herrie en zitten nooit stil. Ze zijn altijd in beweging, pulken, prutsen, frunniken, friebelen en wiebelen. Alles is even boeiend. Hun aandachtspanne is kort en ze zijn altijd op zoek naar nieuwe boeiende dingen. Fantastisch! Laten we dit als ziekte opnemen. We moeten er ook een naam voor vinden.

Laten we het hyperactiviteit noemen of concentratieproblemen . Nu hebben we iets dat we kunnen behandelen.... en verkopen Ritalin!
Jippie! Wat een gouden business – geef de kids maar Ritalin. Zij worden rustig en wij worden rijk. Voeg er wat nerveuze onderwijzers aan toe, plus een paar ouders die hoofdpijn krijgen van al dat geren in huis, doe er een psychologieprogramma voor de scholen bij en we hebben klanten bij de vleet.We kunnen het geld niet snel genoeg binnen harken. En de leek zal er gemakkelijk voor vallen, dus…

Dit is allemaal waar, hoe akelig het ook klinkt.

Men heeft ons zover gekregen dat wij onze kinderen drogeren, en de farmaceuten eraan verdienen.

Tientallen autoriteiten en toonaangevende experts hebben hun verontwaardiging kenbaar gemaakt. Ze zeggen dat deze ziekte verzonnen is, dat het zwendel is en een grof schandaal. Hyperactiviteit? ADHD? Dat kun je wel over iedereen zeggen. Dan is er geen gezond kind voor wie die diagnose niet opgaat. Er is bewijs dat Ritalin onder kinderen en jongeren tot een verhoogde incidentie van zelfdoding leidt en dat het een factor is in de schiet- en slachtpartijen die op scholen plaatsvinden.Veel onderzoeken stellen ook dat dit een makkelijke manier is om van kinderen drugsverslaafden te maken.

ADHD was slechts een theorie ontwikkeld door Dr. Leon Eisenberg, psychiater.
Er was geen enkel bewijs dat het een verifieerbare ziekte is. Op zijn sterfbed, gaf deze psychiater en autisme pionier toe dat ADHD in feite een “fictieve ziekte” is.

Miljoenen jonge kinderen krijgen op dit moment onnodig zware, geestverruimende medicijnen voorgeschreven. Het wordt tijd hier iets aan te doen, vind je ook niet? Mijns inziens moet een kind kunnen wiebelen. Een kind behoort levendig te zijn en in alles geïnteresseerd. Dat maakt een kind normaal.

Geef een kind boeiend en interessant onderwijs van hoge kwaliteit en het let heus wel op.

woensdag 20 mei 2015

Schade aan onze darmen door Fastfood

Een experiment van de universiteit van Pittsburgh werpt een licht op hoe schadelijk ons westerse voedingspatroon kan zijn voor onze darmen. Een groep Afro-Amerikanen en een groep Afrikanen wisselden twee weken lang van dieet. In die korte periode waren de gevolgen voor hun gezondheid al aanzienlijk - in het voordeel van de Afro-Amerikanen.

In ons land worden jaarlijks meer dan 8.500 diagnoses van darmkanker gesteld. Elke dag sterven gemiddeld negen mensen aan de ziekte. Dikkedarmkanker is de op één na dodelijkste kanker in Nederland én in de rest van de westerse wereld. Wereldwijd worden elk jaar een miljoen gevallen vastgesteld. Het is evenwel mogelijk om het risico op de ziekte te verkleinen. Gezondheidsexperts schatten dat tot een derde van alle darmkankers vermeden had kunnen worden door een gezondere voeding. Deze nieuwe studie - hoewel klein en kort van duur - lijkt eerdere wetenschappelijke onderzoeken te bevestigen.

Twintig Afro-Amerikanen en twintig vrijwilligers uit landelijk Afrika werden gevraagd van dieet te wisselen. De eerste groep schakelde over op een vetarm, vezelrijk eetpatroon, boordevol groenten en peulvruchten, terwijl de tweede groep twee weken lang vooral vlees en fastfood voorgeschoteld kreeg.

Hoewel het experiment slechts twee weken duurde, was de impact al meteen duidelijk, zo stelt de studie die verschenen is in "Nature Communications". De wissel was in het voordeel van de Afro-Amerikanen, die minder last hadden van darmontsteking - een alarmsignaal voor darmkanker. De darmgezondheid van de Afrikanen ging er daarentegen op achteruit. Dat bleek uit medische tests die de proefpersonen ondergingen voor en na de dieetwissel, en die de verschillen in de darmflora aantoonden.


Experten stellen dat het niet mogelijk is op basis van deze kleine studie stevige conclusies te trekken. Bovendien was de dieetwissel zeer drastisch en bijgevolg niet erg realistisch. Toch ondersteunen deze bevindingen de overtuiging die bij voedingsdeskundigen leeft dat een dieet rijk aan vet en suiker en arm aan vezels, dat in onze westerse samenleving steeds meer oprukt, slecht voor ons is.

Eerdere studies bij Japanse migranten in Hawaii toonden al aan dat één generatie verwestering volstaat om hun risico op dikkedarmkanker de hoogte in te jagen. Onderzoek wijst ook uit dat een grote inname van vezels, voornamelijk uit volkoren graanproducten, het risico op dikkedarmkanker vermindert. Het eten van rood en verwerkt vlees doet het risico dan weer stijgen.
De grote veranderingen die de onderzoekers na de dieetwissel vaststelden, lijken erop te wijzen dat het nooit te laat is om over te schakelen op een gezonder voedingspatroon, en zo het risico op darmkanker te beperken.

maandag 18 mei 2015

Vanille-kont???

Als je de volgende keer een chocoladereep, of vanillesnoepje eet zou ik toch maar eens twee keer nadenken voor je er in hapt. Het vanillesmaakje in chocola, pudding, ijs, snoepjes enz wordt chemisch vervaardigd uit jaja, afscheiding uit de kont van de bever............IEEEEEEEEWWWWW GETVER!
Castoreum of bevergeil zoals het chemisch goedje heet komt de castor-klieren van de bever. Omdat deze klieren zo kort bij de anaalklieren liggen, mixt de castor zich altijd met de vieze smerige slijmerige bruine zooi van die anaalklieren, maar ook met urine.


Lijkt mij een kwestie van tijd dat mensen allemaal aan de kont van de bever gaan ruiken en likken omdat de geur en smaak van vanille zo lekker is................
De bever gebruikt castoreum, vaak vergeleken met een verdunde versie van melasse, om zijn territorium af te bakenen. De muskus-achtige naar vanille geurende goedje produceert de bever uit het eten van berkenhout en bladeren. Fabrikanten gebruiken de bever-castoreum al meer dan 80 jaar in parfum, sigaretten en als smaakstof in pudding en consumptie-ijs.

Zoals gezegd; Castoreum of bevergeil is een uitscheidingsproduct van bevers. Het wordt gebruikt  Het ruikt nog het meest naar de combinatie van schoensmeerolie en een ziekenhuisgeur.[Voor gebruik in parfums wordt het eerst omgezet in een resinoïde.

Bevers gebruiken dit voor het invetten van de vacht. Het castoreum wordt als bijproduct gewonnen; bevers worden primair bejaagd om hun pels. Castoreum is een donkerbruine harsachtige substantie met een kenmerkende dierlijke zoete geur en een bittere sterke smaak, die kan worden vergeleken met die van muskus.

Vroeger was castoreum een ingrediënt in bittere dranken. In castoreum zit salicylzuur, een onderdeel van aspirine, die de bever binnenkrijgt door de consumptie van wilgenschors. Jacob van Maerlant schreef hierover in zijn Der Naturen Bloeme al: "Scorsen van bomen ende blade eti".

Reeds in de Oudheid werd castoreum door artsen gebruikt, bijvoorbeeld bij het bestrijden van koorts. Dit wordt vermeld in de werken van onder meer Aristoteles en Plinius de Oudere. De Nederlandse schrijver Willem Bilderdijk beval het in zijn De ziekte der geleerden (1807) nog aan tegen kramp. Ook nu nog wordt het in alternatieve medicijnen gebruikt, het zou onder meer een afrodisiacum zijn.


Tegenwoordig wordt castoreum onder meer voor vanille- en karamelsmaken gebruikt, zoals in ijs en aroma's.

Een bever zover krijgen dat hij het goedje uitscheid is echter niet zo gemakkelijk. Je zult de bever letterlijk moeten melken, maar wie is er nu gecharmeerd om een bever aan zijn poepgaatje te knijpen om het " heerlijke " vanillegoedje te verkrijgen??? Bahbahbah, ik moet er niet aan denken........het is echt goor! Toch gebeurt het en wordt er genoeg gemolken om onze pudding, vanille-ijs, chocolade enz. te voorzien van vanillegeurtjes en smaakjes..Een vanille-stokje zou toch ook volstaan????

Het allerergste is dat het gebruik van castoreum niet als ingrediënt op het etiket hoeft te worden vermeld. Enkel de vermelding van " natuurlijke geur- en smaakstoffen " is voldoende.

Voor mij is dit TE NATUURLIJK ;)

vrijdag 15 mei 2015

Weet wat je eet!

Vergeet even de illegale activiteiten in de voedselketting zoals de dioxinecrisis en de opeenvolgende paardenvleesschandaal. De volkomen wettelijke praktijken die dagelijkse kost zijn achter de schermen van de voedselindustrie, zullen je hongergevoel net zo goed de kop indrukken. We weten bijzonder weinig over bewerkte voedingsmiddelen die we telkens achteloos in het wagentje van de supermarkt gooien, en dat willen grote spelers in de voedingsindustrie ook graag zo houden. Het wordt tijd dat wij Voedingsdeskundignen het arsenaal additieven, bewaarmiddelen, kleurstoffen en andere  rotzooi in bewerkte voeding blootleggen. Zelfs je fruitslaatje of het eitje tussen je sandwich zijn niet zo zuiver als ze lijken. Nog steeds van mening dat je weet wat je eet? Think again!


Weet jij dat je 'verse' fruitsla vruchten kan bevatten die maanden geleden bevroren in de voedingsfabriek zijn aangekomen, een zuurbad hebben gekregen of behandeld zijn met strooizout? Dat de houdbaarheid van die vers ogende fruitsla met enkele weken is verlengd door er een onzichtbare film over te leggen die mogelijk een suiker afkomstig van schaaldieren bevat?
Weet je moslimbuur of je al even bebaarde vegetarische hipstervriend dat er enzymen in zijn brood kunnen zitten die worden vervaardigd uit de pancreas van varkens, of van het maagweefsel van kalveren en lammetjes? 

Wellicht niet. Waarom? Die wonder-enzymen hoeven van Europa niet op het etiket te staan omdat ze als 'bewerkingsmiddelen' gecatalogeerd staan, niet als ingrediënten!!! 
Wat de voedingsindustrie ons wil doen geloven, is dat wat in hun fabrieken gebeurt hetzelfde is als wat de hobbykok in zijn keuken doet, alleen op grotere schaal. Maar zowel het concept, de doelstellingen, het gedrag en de moraal van de voedingsbedrijven wijken extreem af van het kokkerellen in je keuken.
Stel: je beslist een amandeltaart te maken. Dan ga je de ingrediënten verzamelen: bloem, boter, eieren, amandelen en suiker. Vervolgens volg je het recept, klaar. De techneut van de voedingsindustrie heeft een andere invalshoek en gaat anders tewerk. Die stelt zich volgende vragen. Welke alternatieve ingrediënten kan ik gebruiken om een amandeltaart te maken? Hoe vervang of reduceer ik het gebruik van dure ingrediënten als boter en amandelen? Hoe kan ik de hoeveelheid boter verminderen maar toch die botersmaak bewaren en tegelijk de toevoeging van goedkope vetten met een minderwaardig smaakprofiel maskeren?

En het gaat door: Welke zoetstoffen kan ik toevoegen om het suikergehalte te verminderen, wat me meteen toelaat 'met minder calorieën' op het etiket te zetten? Hoeveel keren kan ik het overblijvende deeg na elke productielijn opnieuw gebruiken in de daaropvolgende? Welk bewaarmiddel kan ik toevoegen om de houdbaarheid van de taart te verlengen? Welk enzym houdt de laag amandelen langer sponzig? Welke onzichtbare eetbare film zal ik op de taart aanbrengen zodat de amandelen wekenlang krokant blijven? Kan ik een deel van de bloem vervangen door zetmeel, voor een volumineuzer resultaat? Zal ik eieren in poedervorm gebruiken, want dat kleeft minder aan het materiaal van de productielijn dan gepasteuriseerd vloeibaar ei? Kan ik een gemodificeerd eiwit gebruiken om de eieren helemaal te vervangen, of om vet na te bootsen?


Dan kijk je toch op het etiket of daar zaken op staan die je wantrouwen wekken? 

Goeie zet, maar vergis je niet: heel wat additieven en ingrediënten die je alarmbel deden rinkelen zijn stilletjes van de etiketten verdwenen. 'Clean label', zo heet de operatie die de voedingsindustrie de jongste jaren lanceerde met als enige doel de opvallendste industriële ingrediënten en additieven te vervangen door benamingen die vertrouwen wekken. Achter het etiket zit een muur van geheimhouding. Transparantie staat niet op de lijst van zaken die de voedingsindustrie kenmerken.Trekken we te gauw een foute conclusie als we stellen dat de schuld voor obesitas, chronische ziekte en de alarmerende toename van het aantal voedselallergieën voor een groot deel bij de voedingsindustrie ligt? Er zijn op zijn minst goede redenen om die mogelijkheid te onderzoeken.

Vooreerst maken nogal wat voedselfabrikanten graag combinaties van ingrediënten die niet voorkomen in natuurlijk voedsel, meer bepaald de drie-eenheid suiker, bewerkte vetten en zout in hun snelst verteerbare, uiterst geraffineerde en voedingsarme vormen. De overtuiging dat die drie-eenheid verslavend werkt, wint steeds meer veld. Zoals het boek 'Sugar Salt and Fat, How The Food Industry Got Us Hooked' van de Amerikaanse journalist Michael ons duidelijk maakt, zit in veel producten die uit een voedingsfabriek komen geraffineerde witte suiker. Het is goedkoop, verleent smaak aan het product en een bijkomende bonus is dat het de consument verslaafd maakt aan het product. Wie 1 plakje gekookte ham eet wil er nog één, wie 1 zacht broodje eet krijgt direct zin in nog eentje.

Bewerkt voedsel bevat vaak ook chemische stoffen met bekende toxische eigenschappen. We worden echter gerustgesteld met de mededeling dat die in kleine dosissen geen bron van bezorgdheid mogen zijn. Op dit vlak is het goed te weten dat de voedingsindustrie een lange geschiedenis heeft van het verdedigen van gecontesteerde ingrediënten, ook lang nadat wetenschappelijke studies die ingrediënten een kwalijke reputatie hebben bezorgd. Voeg daarbij de lobbykracht van de voedingsindustrie en je begrijpt dat overheden en hun agentschappen voor voedselveiligheid hopeloos achterlopen wanneer het gaat om potentieel schadelijke ingrediënten in voeding en drank. Simpelweg omdat ze geen onomstotelijk bewijs van de schadelijke effecten van bepaalde bestanddelen hebben.

Een voedingspatroon dat voor een groot deel bestaat uit verwerkt voedsel is naar alle waarschijnlijkheid niet zo goed voor je gezondheid. We kunnen wachten op bewijzen voor die stelling en wachten tot de bedrijven worden teruggefloten die manifest ongezonde voeding op de schappen van de supermarkt droppen. Of we kunnen zelf het gezond verstand en het principe van de voorzichtigheid laten primeren en minder verwerkt voedsel gaan eten. 

Dat betekent wel dat we dan vaker de koksschort moeten aantrekken en met verse, eerlijke ingrediënten aan de slag gaan.

 Alleen: we doen dat niet zo vaak en ook niet zo graag, in tegenstelling tot wat de verkoop van kookboeken en het succes van kookprogramma's zou doen vermoeden. De Nederlander staat nog geen zes uur per week achter de kookpotten, minder dan het internationale gemiddelde. Maar een kwart van de Nederlanders beweren op de meeste dagen zelf een maaltijd te bereiden Zonder diegenen die nooit koken mee te rekenen, ligt het internationale gemiddelde van 22 landen op 6.5 uur koken per week. Nederlanders staan gemiddeld 5.9 uur per week aan het fornuis. 

Moeten we dan alle producten van de voedingsindustrie uit ons dieet bannen en ons lichaam als een tempel beschouwen die niet mag en niet zal besmeurd worden met bewerkt voedsel? 
Hahaha, nee dat hoeft echt niet. We hebben nu eenmaal geen koe in onze tuin die melk levert, we maken niet zelf onze boter en kaas. We kopen brood, we zijn geen bakkers. We kopen liever zuurkool dan het zelf te maken. 

We mogen geen voedingsfobie kweken. Maar we doen er wel goed aan uit te gaan van het principe dat natuurlijke ingrediënten in hun minst bewerkte vorm een ingebouwde integriteit hebben waardoor ze de beste basis vormen voor een gezonde voeding. Een appel waar je je tanden in zet doet meer goeds dan appelsap of de ontbijtreep met appel en havermout. Industrieel voedsel wordt gemaakt door mensen die weliswaar slim en onderlegd zijn, maar toch niet de alomvattende intelligentie van de natuur hebben.

dinsdag 12 mei 2015

Wat staat er op het etiket?

De voorbije decennia is de voedselconsument steeds bewuster en kritischer geworden. We kijken allemaal wel eens op het etiket van onze voedingswaren. Dat weten voedselfabrikanten en ze doen er alles aan om ons vertrouwen terug te winnen. 


Door voedselschandalen allerhande zijn we sceptischer geworden. Ingrediënten en additieven met lange chemische namen en de E-nummers (de code van de Europese Unie voor additieven) maken ons wantrouwig.

De voedingsindustrie is al enkele jaren bezig met een grote kuis die er vooral op gericht is alarmerende begrippen en codes op het etiket te vervangen door begrippen die ons moeten geruststellen. 'Natuurlijk', 'zonder additieven', 'zonder bewaarmiddelen', dat sust onze bedachtzaamheid en doet ons kopen. Maar het is slechts een kwestie van semantiek, een woordspelletje. Oude wijn in nieuwe flessen?

Jarenlang behandelde de voedselindustrie ons, de consument, als wetenschappelijke nitwits die chemische bestanddelen als vies en gevaarlijk ervaren. Alles is toch opgebouwd uit chemische elementen, tot ons lichaam toe, zo luidde het weerwoord op onze weerzin voor alles wat naar chemie ruikt. Mochten we wat meer begrip hebben van de wetenschap, zouden we ons geen zorgen hoeven te maken. Intussen weten fabrikanten dat we vertrouwde ingrediënten verkiezen en dat hun vermelding op het etiket garant staat voor verkoopssucces". Zo stelde de Amerikaanse supermarktketen Whole Foods Market een lijst op van meer dan 70 additieven en industriële ingrediënten die ze niet langer toeliet in de producten die ze verkoopt. Wat bijvoorbeeld maïssiroop rijk aan fructose betreft, een zoetstof die mee verantwoordelijk wordt geacht voor de obesitasepidemie in de VS, kregen leveranciers tot eind 2010 de tijd om het uit hun producten te verwijderen. 
Dezelfde maïsssiroop wordt ook gelinkt aan jicht, hypertensie, leververvetting en diabetes van het type 2. Whole Foods Market mag dan het imago hebben zich op bezorgde en vooral rijkere klanten te richten, ook andere supermarktketens en voedselfabrikanten over de hele wereld weten intussen dat het vermoeden van 'natuurlijkheid' gelijk staat aan consumentenvertrouwen. Vandaar het concept van 'clean label'.  

Dit idee komt uit de marge van de biowinkels en is wegens het succes daar in de voorbije tien jaar tot de mainstream doorgedrongen. Een wettelijke basis voor het begrip is er niet. Voor de voedingsindustrie betekent 'clean label' dat de oude additieven, met al hun negatieve bijklanken, worden vervangen zodat de lijst van bestanddelen niet langer chemisch of kunstmatig klinkt. De illusie wordt gewekt dat het product is vervaardigd met traditionele technieken die de klant niet als kunstmatig ervaart. Uiteraard mag de hele operatie de voedselfabrikant niet op kosten jagen. De uitdaging bestaat erin alternatieve ingrediënten te vinden die hetzelfde doen als de oude, verguisde garde. Ze moeten goedkoper zijn dan hun natuurlijke equivalenten, de houdbaarheidstermijn mag niet verkorten en ze moeten makkelijk te verwerken zijn. Alleen: we moeten ze smakelijker voorstellen.

De consument die nog altijd piekert over E-nummers, loopt hopeloos achter. De voedselfabrikanten zijn je angsten altijd een stapje voor. Fosfaten in de slagerij worden 'fosfaatvervangers' die een etiket zonder E-nummer toestaan. 'Tapiocazetmeel' klinkt beter dan 'ammoniumpolyfosfaat E452'. Maar het zetmeel van de tropische knol doet in je ham net hetzelfde: het water vasthouden dat in de ham werd gespoten. Je zal ook niet beginnen steigeren als je leest dat er 'rozemarijnextract' in je rustiek en ambachtelijk ogende salami zit. Geloof echter niet dat je salami gearomatiseerd werd met naar de zomerse Provence geurende rozemarijn. Rozemarijnextract is een 'nette-etiket-benaming' (clean-label) ter vervanging van de oude antioxidanten E300-21. Die worden gebruikt om te verhinderen dat voedsel ranzig wordt en verkleurt en dus om hun houdbaarheidstermijn te verlengen. In wezen zijn het bewaarmiddelen. Rozemarijnextracten hebben wel degelijk een E-nummer (E392), maar fabrikanten zetten liever het poëtischer 'extract van rozemarijn' op het etiket. Niet dat je rozemarijn zal proeven. De antioxidante chemische stoffen in het kruid worden geïsoleerd in een proces dat alle smaak en geur verwijdert. Dat gebeurt ofwel door de omstreden vloeistof-extractiemethode waarbij koolstofdioxide wordt gebruikt, of door het gebruik van chemische solventen zoals hexaan (uit de distillatie van petroleum), ethanol (alcohol uit de fermentatie van suiker en zetmeel) en aceton (het ontvlambare oplosmiddel waarmee je nagellak verwijdert).

Het woord 'kleurstof' tref je ook steeds minder aan op etiketten. Die zijn vervangen door 'extract van wortel, paprika, rode biet'. Vergis je niet: caroteen, het 'extract van wortel' dat voor een mooie oranje kleur zorgt, wordt op dezelfde manier uit wortelen gehaald als extract van rozemarijn uit het kruid wordt gehaald. Extracten hebben niets van de voedingswaarde van het kruid, de vrucht of de groente waaruit ze werden geëxtraheerd. In brood en andere bakkersproducten worden emulgatoren - stoffen die helpen bij het mengen van twee stoffen die normaal gesproken niet of moeilijk mengbaar zijn zoals vloeistoffen en vetten - zoals sojalecithine of E471 vervangen door rijstextracten. Die laten bovendien meer water in het recept toe zodat de fabrikant minder duurdere bestanddelen moet gebruiken. 

De lijst voorbeelden is schier eindeloos. Alleen lijkt de operatie 'net-etiket'(clean label )niet écht de grote schoonmaak die de voedingsindustrie zichzelf zou hebben opgelegd. Ze heeft meer weg van een operatie 'veeg maar onder de mat'......................

Toegevoegde vitamines: Fabrieksversies van vitamines die je in natuurlijke voeding aantreft. Ascorbinezuur(door de chemie gemaakt vitamine C) wordt gemaakt uit genetisch gemodificeerde mais. Kunstmatige vitamine E wordt uit petroleum gewonnen! 

Oplosbare vezel: Een begrip dat gezonder klinkt dan " bewerkt zetmeel". Het wordt gebruikt om de hoeveelheid voedzame ingrediënten in bewerkt voedsel te verminderen en de kosten van de fabrikant te drukken.

'Natuurlijke' kleurstoffen: Het enige verschil tussen deze en kunstmatige kleurstoffen is dat ze zijn afgeleid van pigmenten die in de natuur voor komen. Ze worden echter allebei met dezelfde chemische industriële processen vervaardigd, waaronder extractie met het gebruik van oplosmiddelen.


Kunstmatige 'light' zoetstoffen: Diverse studies vonden een verband tussen consumptie van kunstmatige zoetstoffen en gewichtsttoename. Het bewijst groeit dat deze ook het risico op diabetes type 2 kunnen vergroten.


Enzymen: Worden toegevoegd om bv. brood langer zacht te houden. Worden geïnjecteerd in minderwaardige runderen vóór ze worden geslacht om hun vlees malser te maken. Ook in fruitsappen om die een " wolkige " natuurlijker uitzien te geven.


'Verpakt in beschermende atmosfeer': Voedsel dat is " vergast" in bewerkte lucht om de houdbaarheid te verlengen. Deze verpakkingsmethode remt het optreden van wat voedselfabrikanten " opgewarmde smaak " smaak noemen, een ongewenste onprettige smaak die eigen is aan fabrieksvoedsel. 

Rund/varkens/gevogelteproteïne: Collageen onttrokken aan karkassen van geslachte dieren, bewerkt tot een poeder en toegevoegd aan minderwaardig vlees. Ze verhogen het proteïne- of eiwitgehalte op het etiket(!) en in combinatie met water is het een vervanging voor vlees......

'Gewassen' sla: Sla gereinigd met leidingwater waar naast chloor ook vloeibare fruitzuren zijn toegevoegd om de groei van bacteriën te verhinderen. 


'Pure' plantaardige olie: Industrieel geraffineerde, gebleekte, en ontgeurde oliën meestal verkregen uit gebruikt frituurvet(uit keukens van hotels, restaurants, snackbars enz.) Voedselfabrikanten voegen er vaak chemische stoffen aan toe die de baktijd van de olie weer verlengen. 


maandag 11 mei 2015

Nog meer kant en klaar...........

Indien je enthousiasme voor die diepvriespizza of kant-en-klare witlof-rolletjes in ham intussen wat is afgenomen, zal het wellicht nog een diepere duik nemen als je merkt dat die een aminozuur kan bevatten zoals L-cysteïne (meelverbeteraar E910).


Overtuigde veganisten weten dat dit additief afkomstig kan zijn van menselijk of dierlijk haar en veren. Voor voedselfabrikanten is L-cysteïne bijzonder handig. In je pizza doet het dienst als versteviger voor het deeg. In vleesgerechten voegt het smaak toe. Maar omdat de vermelding ervan op het etiket als vervelend wordt ervaren, wordt het vervangen door een reeks nieuwe gistextracten. Deze hi-tech gistextracten leveren puik werk: ze bieden een rijk gamma aan smaken, afhankelijk van de aard van het voedsel en de gewenste impact. Ze mogen als 'gistextract' op het etiket, zonder daarbij te vermelden dat ze als smaakmakers werden gebruikt. Die gistextracten hebben een gezond imago, in het bijzonder als een rijke bron van vitamine B. Minder bekend is dat gistextracten een hoge concentratie van het aminozuur glutamaat bevatten, waarvan mononatriumglutamaat (MNG of E621) is afgeleid.

Suiker of alternatieve zoetstoffen vormen een andere hoeksteen voor de kant-en-klaarindustrie. Toen een tijdschrift de kant-en-klare kip met zoetzure saus en rijst van twee supermarktketens onderzocht, trof het ongeveer tien koffielepels suiker aan in een portie voor één persoon. 
Suiker werkt als een conserveermiddel in voedingsproducten die lang in de rekken moeten kunnen staan. Suiker maakt deeg volumineuzer, zorgt voor een goudgele korst waar dat gewenst is en helpt om water vast te houden. Een voedselfabrikant zegt dat als hij zuinig moet zijn met suiker, het is als een bouwvakker vragen een huis te bouwen zonder steunbalken..................
Kunstmatige zoetstoffen dan maar? Studies linken de consumptie ervan aan een reeks gezondheidsproblemen, van migraine tot epilepsie en vroeggeboorte.

Het Europese Agentschap voor de Voedselveiligheid oordeelt echter dat alle in de Unie toegelaten kunstmatige zoetstoffen, hoewel ze schadelijk zijn in grote doseringen, 'bij de huidige graad van blootstelling veilig zijn voor menselijke consumptie'. Het bewijs groeit dat kunstmatige zoetstoffen, die weliswaar geen calorieën bevatten, toch te linken zijn aan gewichtstoename. Sommige studies suggereren zelfs dat kunstmatige zoetstoffen slechter zijn voor de gezondheid dan suiker.
In 2013 wees onderzoek naar 66.000 vrouwen die 14 jaar lang frisdranken hadden gedronken met suiker dan wel de 'light'-variant van diezelfde frisdranken met kunstmatige zoetstoffen uit dat zij die de 'light'-variant hadden genuttigd vaker diabetes van het type 2 hadden gekregen dan de vrouwen die frisdrank met suiker hadden gedronken.  In de VS staan verscheidene kunstmatige zoetstoffen als onaanvaardbare ingrediënten op de zwarte lijst van supermarktketen Whole Foods Market. Dat zou de Jumbo, Appie enz hier ook eens moeten gaan doen.

Serveer je een kant-en-klaarschotel, dan zet je doorgaans ook een flinke portie zetmeel op tafel. Denk daarbij niet aan het natuurlijke zetmeel dat ook in je keukenkast staat, zoals de maïzena of het aardappelzetmeel dat je gebruikt om je sauzen te binden. 

Voedselfabrikanten verkiezen zetmeel met betere eigenschappen dan natuurlijk zetmeel. Ze kiezen voor 'bewerkte' zetmelen die hun kant-en-klaarmaaltijden beter wapenen tegen de wisselende temperaturen en het transport. Dat bewerkte zetmeel wordt gemaakt met uiteenlopende technieken om hun kenmerken te wijzigen: zetmeel afbreken met zuren, het bleken, omzetten met enzymen, oxideren of verbinden met vetten of fosfaten. Bewerkt zetmeel wordt door Europa als een voedseladditief beschouwd en moet een E-nummer krijgen op het etiket. Maar omdat het begrip 'bewerkt' of 'gemodificeerd' consumenten zorgen baart, ontwikkelen zetmeelbedrijven een nieuw gamma 'clean label'-zetmeel waarvoor die verplichting van een E-nummer niet geldt. Het vervelende begrip 'bewerkt' en het angstaanjagende E-nummer kunnen vervangen worden door het zachter klinkende en verkoopsvriendelijke 'oplosbare vezel', 'zetmeel' of 'dextrine............getver!

Omdat deze nieuwe functionele zetmelen een merknaam en een handelsmerk dragen, hoeven de bedrijven die ze produceren slechts minimale informatie te verstrekken over hoe ze gemaakt worden omdat die productiemethode hun intellectuele eigendom of handelsgeheim wordt. 

Ik zou zeggen: Eet smakelijk!



zaterdag 9 mei 2015

Kant en klaar maaltijden, iiiieuw

De industrie van kant-en-klaarmaaltijden belooft al decennialang drie zaken: je hebt er helemaal geen werk aan, het zijn authentieke gerechten en ze zijn bereid door een professionele chef. Maar hoe komt het dan dat geen enkele hapklare maaltijd écht als een huis bereid gerecht smaakt?

We hebben nooit eerder in de geschiedenis van de werkende mens een kleiner deel van ons loon aan voedsel uitgegeven. Thuis koken is niet duurder, maar het kost wel tijd en we hebben het allemaal zo druk druk druk. Kant-en-klaar is goedkoper dan vers. Voor minder geld krijg je meer:  meer calorieën, meer additieven, meer verpakking. Maar ook minder kwaliteit. 

De meest weerzinwekkende geur die me ooit te beurt viel, was in een fabriek van kant-en-klaarmaaltijden, waar de lucht verzadigd was van een misselijkmakende zoete lucht van tomatensaus en kleverige béchamelsaus en een geur die me deed denken aan uitgebraakte babymelk.
Kant-en-klaarmaaltijden ruiken en smaken monotoon. Het is dan ook de bedoeling dat de consument telkens hij  pakweg een lasagne uit het koelvak van de supermarkt haalt dezelfde smaakervaring krijgt als de vorige keer. Maar huisbereide maaltijden smaken elke keer je ze klaarmaakt een tikkeltje anders. Ze variëren in smaak naargelang je het vlees bij de slager dan wel in de supermarkt hebt gekocht, afhankelijk van welke soort tomatenpasata je gebruikt, afhankelijk zelfs van het seizoen of je stemming. Maar variatie hoort niet thuis in het woordenboek van de voedingsindustrie. Het product moet er altijd hetzelfde uitzien en hetzelfde smaken, 365 dagen per jaar. Om die reden bereiden voedingsfabrikanten weinig of geen rauwe ingrediënten. Ze kopen die voor-bereid bij bedrijven die producten 'koken' en er tal van additieven aan toevoegen. Altijd dezelfde kwaliteit, dezelfde prijs, dezelfde smaak. 

Daarbij hoeft geen enkel ingrediënt vers te zijn, liever niet zelfs. Indien  de voedselfabrikant zijn ingrediënten diepgevroren kan kopen, dan zal hij dat doen. Vlees, vis, groenten, fruit en zelfs kruiden die diepgevroren in de voedselfabriek aankomen, zijn al maanden, soms zelfs jaren oud. Eieren komen de voedselfabriek in vele vormen binnen: poeders, vloeistoffen, geconcentreerd, gedroogd, gekristalliseerd, bevroren of gestold. Of in cilinders, zodat elk schijfje ei op je broodje identiek is.

Boter? Waarom zou de grootleverancier van supermarkten zo'n duur ingrediënt gebruiken als hij een boterextract ter beschikking heeft dat volgens het bedrijf dat het aanbiedt 'die karakteristieke botersmaak verleent aan je croissants, snoep, ijs, ontbijtgranen, popcorn en dressing'?. Of de voedingsfabrikant kan boterpoeder gebruiken, een mengsel van boter, zetmeel en melkproteïnen. Idem met room. Met water, smaak- en bewaarstoffen geïnjecteerd gevogelte, gestold ei, marinades met bevroren kruiden: samen verklaren ze waarom kant-en-klaarmaaltijden van verschillende supermarkten toch haast hetzelfde smaken. 

De verschillende supermarktketens doen hun aankopen bij dezelfde anonieme voedsel- fabrikanten, die op hun beurt dezelfde leveranciers van ingrediënten delen. Het hoeft niet te verbazen dat die voedingsfabrikanten geen pottenkijkers dulden. Hoe minder de consument weet over hoe zijn voeding wordt gemaakt, hoe beter. Hoewel de fabrieken achter hun slagbomen en geüniformeerde veiligheidsagenten meer lijken op autofabrieken of olieraffinaderijen, wil de voedingsindustrie ons doen geloven dat ze slechts een uitvergrote versie zijn van onze keukens thuis. Het equivalent van een sauspan is in de voedselfabriek een stoomvat waarbij je een ladder nodig hebt om er in te kijken. Het lawaai is er oorverdovend, het is er heet of net extreem koud, en het stinkt er.

vrijdag 8 mei 2015

Hartmedicatie Digoxin(ook bekend als Lanoxin)

In navolging op een vorige blog over de waarheid omtrent medicatie deze blog over een bekende hartmedicatie

Digoxine is een hartglycoside dat uit de bladeren van het vingerhoedskruid (Digitalis purpurea) wordt geëxtraheerd. Het is een sterk werkende stof. In 1785 werd door William Withering het klinische effect van digitalisextract op het hart beschreven. In Nederland wordt Digoxine door Aspen Pharma op de markt gebracht onder de merknaam Lanoxin. Het is een geneesmiddel dat alleen op doktersrecept bij de apotheek verkrijgbaar is.

De gevaren van digoxine en andere hartglycosiden zijn reeds lang bekend en haar geringe therapeutische werking. Overdoses kunnen snel leiden tot hartritmestoornissen en de dood. Goh, je zou toch denken dat je een hartmedicatie GEEN hartklachten behoort te veroorzaken. Het risico wordt verminderd door een betrouwbaar symptomatische effect bij chronisch hartfalen en atriale fibrillatie. Toch worden hartglycosiden nog steeds aanbevolen in de Richtlijn voor artsen.

Omdat de hartglycosiden ouder zijn dan alle drugs- en medicatiewetten, werd de medicatie nooit getest in strenge goedkeuringsprocedures, zoals ze nu wel verplicht worden voor alle medicatie. De enige grote gecontroleerde studie werd gepubliceerd in 1997 door de Digitalis Investigation Group. Een groep met 6800 patiënten met chronisch hartfalen deels Digoxin of een placebo.


Hoewel Digoxine ziekenhuisopnames verlaagd , er is geen effect op de mortaliteit t herkenbaar (NEJM 1997; 336: 525-533). Bij de tweede indicatie, de behandeling van atriale fibrillatie, is de werkzaamheid en veiligheid van digoxine tot vandaag is nog steeds niet onderzocht in een niet-placebo gecontroleerde studie. Atriale fibrillatie is nu het belangrijkste gebied van de toepassing van hartglycosiden. Ongeveer een derde van de patiënten met atriumfibrilleren krijgt een hartglycoside voorgeschreven .

Dat het gebruik vooral riskant is bij deze indicatie, toont de meta-analyse van Dr.Hohnloser aan waarvan 19 publicaties uit de periode 1993-2014 in totaal 326.426 deelnemers omvat. Het gebruik van digoxine bij patiënten met atriale fibrillatie is geassocieerd met een verhoogde mortaliteit met 29 procent. Kortom, slik je een harttabletje....stijgt je stervenskans met 29%!!!!! 
  
Het wordt echt tijd dat mensen voor hun eigen gezondheid gaan zorgen, zodat we de farmaceutische industrie niet verder hoeven te spekken. Er gaan nl. al geruchten dat de Nederlandse regering van plan is de zorg van de Huisarts eveneens uit het pakket te schrappen!